Namibia, Léo, Rodolphe, Marchal Bertrand, Bouët Sébastien

Namibia, scenaristen: Léo, Rodolphe, tekenaar: Marchal Bertrand, inkleuring: Bouët Sébastien

Bespreking: Peter Motte, 360 woorden

Léo is een duizendpoot. Hij lijkt net als Greg elke week een verhaal af te leveren. En Rodolphe kent er ook wel wat van. Voor deze vijfdelige reeks hebben ze het tekenwerk in handen gelegd van Marchal Bertrand, die me niet erg bekend was toen ik deze cyclus onder ogen kreeg, maar die wel aan het werk van Léo gedetailleerder tekeningen gaf dan de voorafgaande cyclus Kenya. En de inkleuring door Bouët Sébastien gaf extra diepgang door een geslaagd spel met licht.

Maar gelukkig gaat dat niet ten koste van het verhaal. Al lijkt Léo soms een formule toe te passen – merkwaardige gebeurtenissen eisen een verklaring: de delen van Kenya heten terecht Verschijningen, Ontmoetingen, Hallucinaties, Interventies en Illusies – zijn kracht ligt in wat er allemaal omheen gebeurt, hoe de verhoudingen tussen de personages zich ontwikkelen. Het is jammer dat de delen van Namibia geen titels hebben, maar misschien zou dat gewoon een kopie geweest zijn van die van Kenya, en de lezer heeft dat ook wel door, zeker als hij de twee cycli na elkaar leest.

Ook deze keer opent het verhaal met verschijningen, echter niet in Kenya, maar in Namibia, dat ooit een Duitse kolonie was. En als we onthullen dat het verhaal zich kort na Wereldoorlog Twee afspeelt, dan weet je ook waar DAT toe leidt. Nee, die vent met z’n snor duikt niet op. Dat zou wel erg afgezaagd zijn. Maar er zijn nog genoeg vaatjes om uit te tappen die al bij al onder de klassiekers van het avonturenverhaal kunnen worden gerekend. Léo is wel wat geavanceerder in zijn keuzes dan de scenaristen van Indiana Jones.

Overigens stuurden Léo en Rodolphe hun heldin niet definitief naar het paradijs met haar onverwachte favoriet, maar roepen ze haar in het eveneens vijfdelige vervolg Amazonia weer op voor dienst. Trouwens, alhoewel Léo’s werk bij de Franse strip wordt gerekend, is hij in werkelijkheid een Braziliaan. Strips zijn een heel erg internationaal verschijnsel geworden. En Brazilië en de Amazone, dat is natuurlijk bijna synoniem. Dus nu op naar de grote rivier!

vrijdag, 21 juni 2024

Kenya, Léo, Rodolphe, Léo, Smulkowski Scarlett

Kenya, scenario: Léo, Rodolphe, tekeningen: Léo, inkleuring: Smulkowski Scarlett

Bespreking: Peter Motte, 390 woorden

Kenya is een vijfdelige reeks van het duo Léo-Rodolphe, dat door Léo zelf werd ingekleurd. De tekeningen zijn zoals vaak bij de reeksen waaraan Léo heeft meegewerkt: niet iets dat prijzen wint en waarvoor liefhebbers duizenden euro’s zouden betalen op veilingen (alhoewel ik moet toegeven dat de hoge prijzen voor Kuifje-tekeningen ook alleen maar door hun historische achtergrond kunnen worden verklaard).

Maar die eenvoudig lijkende tekeningen slagen er op no-nonsense wijze in om precies over te brengen wat voor het verhaal nodig is. De efficiëntie ervan blijkt als sommige personen vervangen blijken te zijn door buitenaardse kopieën. De lezer merkt het niet alleen doordat hun gesprekspartners het merken, maar ook omdat merkbaar is aan de blik van de vervangers. En zo zijn er wel meer momenten dat duidelijk is dat de tekeningen soms heel subtiel iets kunnen aanduiden. De olifanten lijken aanvankelijk nogal platte, ongedetailleerde, silhouetachtige weergaven van de populaire Afrikaanse dikhuid te zijn, tot er plots een mammoet tussenstaat, die in slechts enkele details verschilt: groter, bult en anders gekromde slagtanden.

Tekeningen in Léo-strips schitteren dus vooral doordat ze geen moeite doen om te schitteren, maar het sterkste punt zijn de verhalen, de plot, de karakters van de personages. Traditionele verhalen? Verre van. Traditionele motieven? Ja, dat wel: vliegende schotels die eruitzien als discussen, dodende stralen en levitatie, dinosaurussen en andere voorhistorische beestigheden… O ja, ik zou bijna de bibliothecaresse vergeten die Flemming heet, wat lijkt op Fleming, en dan weet je ook in wat voor soort verhaal we terechtkomen.

Maar Léo misleid je met oppervlakkige overeenkomst met oude avonturen- en spionageverhalen, om je uiteindelijk een spionne voor te schotelen, Kathy Austin, die de conservatieve mannelijke personages in de jaren 1940 gewoonlijk hun mening doet herzien. Overigens is het opvallend dat Kenya op dat vlak een parallelle subplot heeft: de wat dandyachtige maar al bij al erg galante Italiaanse baron Valentino Di Broglie – die wel een van de vreemdste optrekjes in de woestijn heeft – eindigt het avontuur als koppel met Judith, terwijl de macho John Remington bij alle vrouwen bot vangt, en uiteindelijk enkel een eervolle dood als jager beleeft (jaja, dat is een opzettelijke tegenstelling).

Kortom: nog een Léo waar de eenvoudige tekeningen vooral helpen om het verhaal vlot leesbaar te houden.

vrijdag, 21 juni 2024

Vondel: de Jozef-trilogie

Bespreking: Peter Motte, 666 woorden

Het raadsel waar Joost me mee opscheepte was dat helemaal niet duidelijk is in welke volgorde de drie delen van zijn Jozef-trilogie – Jozef aan ’t Hof, Jozef in Egypte en Jozef in Dothan – moeten worden gelezen. Het is zelfs helemaal niet duidelijk of het wel een trilogie is.

Jozef aan ’t Hof is de titel waaronder dat stuk aanvankelijk werd gepubliceerd in het jaar heel lang geleden, maar het is niet echt van Vondel. Hij vertaalde een stuk van Hugo de Groot, beter bekend als Hugo Grotius omdat hij zijn naam had verlatijnst (Verlatijnst? verLatijnst?), net als zijn schrijfstijl: hij sloeg bijna altijd Latijnse wartaal in plaats van Neder-Duytsche wartaal uit.

Vondel moet onder de indruk zijn geweest van diens Sophompaneas, de Griekse of Latijnse of Egyptische naam van Jozef (het hangt er maar vanaf welke bron je het gelooft, er zal wel een ingewikkelde geschiedenis achter zitten: verhaal speelt zich af in Egypte, de Bijbel is geschreven in het Hebreeuws, daarna vertaalt naar Grieks en Latijn… Wie vindt daar nog de weg in?).

Vondel werkte niet alleen aan die vertaling. Hoe goed zijn Latijn was, is me niet duidelijk, maar dat hij het omzette in verzen, is wel duidelijk.

Daarna schreef hij nog twee stukken, en nu komt het: die stukken zijn eigenlijn prequels avant la lettre, en de leesvolgorde volgens de inhoud van de stukken is: Jozef in Dothan, Jozef in Egypte, en Jozef aan ’t Hof.

Jozef aan ’t Hof speelt zich trouwens net als Jozef in Egypte af in het uiterst noordoostelijke Afrikaanse land, en daarmee spelen zich dus 2 van de 3 stukken daar af, waardoor het dus een betere keuze voor de leesuitdaging bleek te zijn dan ik had verwacht.

Maar is het nu een trilogie?

En wat leren we over Egypte?

Dat laatste is duidelijk: niets. Er zwieren wat farao’s en farao-innen in rond (is dat een woord?), maar verder… Vondel gaat in zijn meeste stukken de didactische toer op, en richt zich vooral op de moraal. Spijtig genoeg is dat het zwakke punt van Jozef in Egypte. Hij wil hem wat te veel als nobele slaaf voorstellen, en dat klinkt soms nogal naïef. De Egyptische koningin (Joost noemt zelf de farao en zijn ‘gemalin’ de koning en koningin, maar in Jozef aan ’t Hof heeft hij het plots wel over de farao – zo vermijdt hij wel slim de farao-in. Ha, de leperd…)

Het is jammer, want Jozef in Dothan is een goed, spannend stuk over iemand die in zijn jonge naïviteit het slachtoffer wordt van afgunst zonder reden die leidt tot redeloos gedrag. De zestienjarige wordt door zijn broers als slaaf verkocht aan Arabieren, nadat een van hen ze kon overhalen om hem toch niet te vermoorden. Vondel sleurt de lezer of toeschouwer mee in de redeneringen die het einde van Jozef zouden kunnen betekenen, als zijn verdediger het niet slim aan boord legt.

Maar dat doet hij dus wel, alhoewel hij vreest gefaald te hebben. Door dat vermeende falen belandt Jozef in Egypte, waar de rest van zijn avonturen zich afspeelt.

Maar met Jozef in Dothan hebben we dus wel een beetje het hoogtepunt in de trilogie gehad. De aanvaardbare naïveteit van Jozef in het eerste stuk – wie verwacht er nu door zijn broers te worden gedood of als slaaf verkocht? – leidt in het tweede deel te ver. Jozefs vasthoudendheid aan zijn morele opvattingen komt niet overtuigend over, en het wordt nog gekker in het derde deel, want hoe verklaar je dat iemand die als anonieme slaaf aan een ver buitenland wordt verkocht, uiteindelijk aan het hof van de farao belandt, en daar zelfs kan worden teruggevonden door zijn ondertussen betrouwvolle broers, om zelf de troon te bestijgen? Nogal fantasievol.

Maar goed, dat is het dus: alle stukken zijn verstechnisch en poëtisch geslaagd, maar alleen Jozef in Dothan blijft als toneelstuk echt overeind. En als trilogie lijkt het wat op een Star Wars-trilogie: ja, er is een verband tussen de opeenvolgende stukken, maar de draadjes hangen soms toch wel wat losjes.

vrijdag, 21 juni 2024

Amazonia, Léo, Rodolphe, Marchal Bertrand, Bouët Sébastien

Amazonia, scenaristen: Léo, Rodolphe, tekenaar: Marchal Bertrand, inkleuring: Bouët Sébastien

Bespreking: Peter Motte, 430 woorden

Het kwartet van Namibia tekent ook voor deze vijfdelige cyclus over Katherine “Kathy” Austin, de agent van MI6 die af te rekenen krijgt met bizarre verschijnselen, doorgaans veroorzaakt door buitenaardsen, en die soms hele streken en zelfs de hele wereld overhoop gooien.

Léo is een Braziliaan, en we vermoeden dat hij met Amazonia de kans kreeg om met plezier delen van zijn geboorteland weer te geven, vooral het ingewikkelde rivierenstelsel dat de Amazone vormt, met zijn aparte dierenwereld.

Maar Léo en Rodolphe misleiden ons altijd met hun clichés. Het verhaal speelt zich af eind de jaren 1940, en in die tijd deden er nog geruchten de ronde dat Hitler de oorlog had overleefd en was ondergedoken om de herrijzenis van het Derde Rijke voor te bereiden. Dat is gelukkig nooit gebeurd, maar de angst is er lang geweest, en zelfs midden de jaren 1970 werd er nog een aflevering van de Engelse spionage-tv-reeks The New Avengers gedraaid, waarin een stel oude nazi’s het gebalsemde lijk van HIlter bewaren om hem te laten herleven en het hele circus van voren af aan te herbeginnen. In die aflevering werd dat niet helemaal serieus genomen.

Het scenaristenduo vermijdt echter al te opvallende dingen, maar dat er nazi’s zijn gevlucht naar Zuid-Amerika is een feit. Of ze daarbij ook schatten meesmokkelden, is een andere vraag. In Amazonia smokkelen ze echter ook heel wat anders mee dan massa’s goudstaven, anders zou onze geheim agent Kathy Austin er niet bij betrokken worden.

Zoals gewoonlijk dienen clichés in een strip van Léo echter alleen maar om er andere verhalen omheen te weven. In dit geval duiken er meer dan genoeg bijzondere personages op, zoals een consul die z’n buik vol heeft van het land, een geestelijke die een kliniek openhoudt, een operazangeres die om de haverklap de bekende aria ” Ah! je ris de me voir si belle” uit Faust zingt, en een troep nazi’s die van alles probeert om een duikboot terug te vinden. Om niet eens het vreemdste personage te vermelden.

Het scenario springt wat heen en weer tussen tijden en plaatsen, waardoor het tot nu toe het ingewikkeldste uit de reeks is geworden, en er lopen dan ook veel verhalen en motivaties door elkaar. Het is niet iets om te lezen als je in slaap valt. En voor wie vreest dat dit het laatste avontuur van de onder de mannelijke personages erg populaire Kathy Austin is, niet getreurd: de volgende vijfdelige reeks heet Scotland.

zondag, 23 juni 2024