And now for something completely different: SpaceX

Striplezers krijgen vaak ruimtevaart voorgeschoteld, en als ik Elon Musk bezig hoor, denk ik soms: hij heeft weer pot zitten snuiven terwijl hij Flash Gordon las.

Al zou ik willen dat Musks claims over SpaceX waar zijn, bovenstaande video bevat meer dan genoeg cijfermateriaal om zijn beweringen te ontkrachten.

Er kwam kritiek op de video, en die kritiek werd weerlegd in de tweede video:

Robbedoes / Spirou in Charleroi

Er wordt wel eens gezegd dat er nu veel meer reclame is dan vroeger, maar dat is niet waar. Om te beginnen is alles relatief. Als er alleen maar kranten en tijdschriften bestaan, dan is dat gewoon alles wat je aan media te zien krijgt, en dan is reclame daarin gewoon het maximum aan reclame dat je kunt maken. En als dan iemand daarin reclame maakt, kun je er niet alleen omheen, het is ook de volle 100% aan media dat je te zien krijgt. En die overweldigende indruk daarvan, is dan even hoog als nu.

Maar er zijn natuurlijk altijd veel meer media geweest dan alleen maar kranten en tijdschriften, en van een daarvan zien we hierboven een voorbeeld: fysieke 3D-afbeeldingen van personages uit stripverhalen, in dit geval Yoko Tsuno die als volleerd fotomodel voor de autoverkoop leunt op een Citroën DS Break uitgerust als de tv-reportage-auto van het station RTN waar Ben Beeld en Pol Pola voor werkten. Niet Yoko. Ten minste niet aanvankelijk.

Bovenstaand beeldje is momenteel te zien in een tentoonstelling in Charleroi (België) over 100 jaar Uitgeverij Dupuis, waar niet alleen Spirou-Robbedoes ontstond, maar ook Humo, dat toen nog Humoradio heette (van Humor-radio).

De tentoonstelling is van 17-12-2022 tot en met 30-07-2023, in het Musée de Beaux-Arts, Ecuries Defeld, Boulevard Mayence 87, Charleori. De ingangsprijs is 5 euro. Meet info hier.

Friesland op Mastodon

Mensen zijn aan het weglopen van Twitter door Musks rare streken, en velen trekken naar Mastodon.


Mastodon is een vergelijkbaar systeem. Een van de belangrijkste verschillen is dat het gedecentraliseerd is, en dat iedereen die dat wenst, zelf een Mastodon-server kan opzetten en desgewenst via het Fediverse met de andere servers kan laten communiceren.


In Friesland hebben enkele mensen sinds kort een server geopend.


Het internetadres is https://mastodon.frl


De @mastodon.frl is “voor iedereen die een warme band heeft met Friesland. De hoofdtaal is Nederlands, ook het gebruik van de Friese taal en andere regionale dialecten wordt gewaardeerd. Dus: van Friezen, voor Friezen, in de breedste zin van het woord!”

Buitenaards (intelligent) leven

door Peter Motte, 616 woorden

Het is zo dat ik de zoektocht naar buitenaards leven al heel lang volg, en dat de hoop om iets te vinden toch altijd kleiner wordt.

Het lijkt er sterk op dat we in ons zonnestelsel buiten de aarde niets zullen vinden. Het wordt niet zo expliciet gezegd, maar ik denk dat het bij veel onderzoekers toch wel een teleurstelling is.

Wat buitenaards intelligent leven betreft, ligt de zaak iets ingewikkelders.

Om te beginnen denken sommigen dat we het zelfs beter niet riskeren om met buitenaardse intelligenties in contact te komen. Lange tijd is dat altijd benaderd geweest vanuit de vooruitgangsgedachte die in onze westerse cultuur sterk aanwezig was. Die ging ervan uit dat intelligentie betekent dat een beschaving voortdurend “beschaafder” wordt, waarbij dat “beschaafd” voldeed aan een aantal normen die vanuit onze humanitaire cultuur waren opgebouwd.

Maar de laatste decennia beginnen er meer stemmen op te komen die stellen dat zo’n vooruitgangsgedachte niet noodzakelijk een realistische weergave van de werkelijkheid is, en dat contact met een grotere intelligentie dan de onze wel eens zeer slecht voor ons zou kunnen aflopen. Het betere besef van de kolonisatie speelt daarin zeker een rol, maar er is ook het besef dat communicatie met buitenaardsen wel eens totaal onmogelijk zou kunnen zijn, net zoals communicatie met intelligente diersoorten hier op aarde zelden veel diepgang vertoont. Bovendien is dan nog de vraag of een grotere buitenaardse intelligentie wel belangstelling en mededogen zou hebben voor ons, als wij een stuk minder intelligent blijken te zijn dan zij.

Eigenlijk ging men er altijd vanuit dat een hogere buitenaardse intelligentie dezelfde intelligentie zou hebben als wij, maar dat zij gewoon verder zouden staat in hun ontwikkeling op wetenschappelijk, technologisch en politiek-staatkundig vlak, zodat ze bijv. meer inzicht zouden hebben in de natuur en natuurkunde, betere machines zouden hebben, en een rechtvaardiger maatschappij zouden hebben ontwikkeld, zowel op internationaal als subnationaal niveau.

Maar of dat zo zou zijn, wordt tegenwoordig dus betwijfeld, zie het kolonialisme, en de effecten van een technologisch licht geavanceerdere staat op technologisch minder en zelfs sterk achtergebleven bevolkingsgroepen kan ontnuchterend zijn. En dan hadden we het dus niet over “intelligentere” wezens, maar louter over even intelligente wezens als wij die gewoon verder waren ontwikkeld.

Komt daarbij het idee dat er met moeite buitenaardse intelligenties worden gevonden door allerlei problemen. Het is zeker een belangrijke motivatie bij de zoektocht naar levensvatbare planeten – en ook de gloednieuwe James Web Space Telescope wordt ervoor ingezet- maar er is ook het besef dat zonder direct radiocontact met buitenaardsen het uiterst moeilijk is tot onmogelijk om vanop aarde te bepalen of er op een andere planeet leven, laat staan intelligent leven, waarneembaar is. En dat radiocontact is nauwelijks te leggen als er geen begrijpelijke communicatie kan zijn.

Tegelijkertijd zitten er op dat gebied tegenstrijdigheden in onze theorieën. Er wordt eigenlijk aangenomen dat het absurd is te stellen dat er geen buitenaards (intelligent) leven mogelijk is, wegens de enorme uitgestrektheid van het heelal. Er zijn echter ook vaststellingen waardoor de kans op dat leven ook daalt. Het idee dat silicium als ruggengraat voor organische chemie koolstof kan vervangen, is eigenlijk opgegeven door een nauwkeurige bestudering en beschrijving van de kenmerken van siliciumverbindingen.

Het resultaat ervan is dat tegenwoordig vaak wordt gedacht: ja, er is buitenaards (zelfs intelligent) leven, maar nee: we kunnen er niet mee in contact komen, omdat de afstanden in het heelal gewoon te groot zijn, en dat zo’n leven gewoon veel te ver van ons af is.

Zoals ik suggereerde: het wordt niet met zo veel woorden gezegd, maar ik denk dat nogal wat onderzoekers in toenemende mate teleurgesteld zijn over de onderzoeksresultaten, en dat men zich tegenwoordig meer en meer aan strohalmen vastklampt, zoals de hoop op Mars fossielen te vinden van eencellig leven van honderdduizenden jaren geleden, gedurende de korte periode dat Mars vloeibaar water en een nog behoorlijk magnetisch veld had, of het idee dat er misschien leven is op enkele grote manen rond de reuzenplanten van ons zonnestelsel.

4 oktober 2022

Verdwijnt Andreas van internet?

Pas hebben we ontdekt dat Andreas zijn Twitter-account heeft verwijderd, omdat hij genoeg had van “alle halve garen en idioten op het plaftform”, terwijl hij had geprobeerd ze “te vermijden, maar het algoritme bleef ze terugbrengen.”

Dat ontdekten we door een bericht op 22 mei 2022 op Dossier Andreas.

Maar onze favoriete stripauteur had wel twee Instagram-accounts behouden: op de ene publiceert hij foto’s, en op de andere tekeningen. Daarmee heeft hij af en toe een teken van leven, zodat de liefhebbers weten dat alles goed is met hem.

Maar er is een kink in de kabel.

Een Ierse internet-waakhond vindt dat Meta geen gegevens van Europeanen met de Verenigde Staten mag delen. Regelgeving daarover is aangepast, maar Meta houdt geen rekening met die nieuwe regels.

Het gevolg daarvan is dat Facebook en Instagram in Europa van internet zouden kunnen verdwijnen. De EU en de V.S. onderhandelen wel over een nieuwe tekst voor trans-Atlantische gegevensoverdracht, en er is in maart 2022 een voorlopig politiek akkoord bereikt, maar de onderhandelingen over de juridische details zijn vastgelopen.

Er wordt door sommigen niet voor het einde van dit jaar een definitief akkoord verwacht.

Ondertussen heeft een woordvoerder van de Ierse commissie voor gegevensbescherming bevestigd dat ze het blokkeringsbevel afgelopen donderdag 7 juli 2022 naar de Europese toezichthouders hebben gestuurd.

Of het allemaal zo’n vaart zal lopen, is af te wachten. Grote bedrijven zoals Meta hebben doorgaans ook buiten de V.S. servers staan, om opgevraagde gegevens zo dicht mogelijk bij de potentiële gebruikers te brengen, zodat ze zo snel mogelijk kunnen worden bediend.

Eerder heeft Meta echter besloten de bouw van een severpark in Nederland af te gelasten, omdat er te veel verzet was van de plaatselijke bevolking. Zij vond het niet kunnen dat de multinational Meta alle opgewekte elektriciteit van een met staatssubsidies (belastinggeld) gebouwd windmolenpark zomaar zou mogen gebruiken, terwijl ze zelf door het gastekort in de kou dreigt te zitten. Niets in de cloud kan nu eenmaal zonder fysieke aanwezigheid op de grond.

Kazuki Takahashi, tekenaar van Yu-Gi-Oh! dood gevonden (1963-2022)

Kazuki Takahashi van Yu-Gi-Oh! is als 60-jarige levenloos in zee gevonden. Hij stief woensdag, 6 juli 2022.

Van Yu-Gi-Oh! verschenen ook 24 afleveringen in het Nederlands

Zijn lichaam werd in zee gevonden bij de Japanse stad Nago, op het zuidelijke eiland Okinawa. Hij had een snorkeluitrusting bij zich. De politie doet onderzoek naar zijn overlijden.

Hij werd geboren in 1963 in Tokyo. Hij was een ziekelijk kind, waardoor hij in bed veel anime zag. Begin jaren 1980 startte hij als professioneel mangaka, maar brak pas eind jaren 1990 internationaal door met Yu-Gi-Oh!

Er volgden tekenfilms, een kaartspel en nog wat andere afgeleide producten.

In 2015 kreeg Takahashi nog de Inkpot Award van Comic-Con International in Amerika.

In memoriam: Remco Campert (1929-2022)

Vandaag, maandag 4 juli 2022, overleed de auteur Remco Campert. Hij was een veelzijdig auteur die zowel romans als verhalen en columns en poëzie schreef. Hij was ook erg productief. Er was wel eens een jaartje zonder uitgave, maar vaak waren er twee en soms zelfs drie publicaties in één jaar tijd.

In 2015 ontving hij de Prijs der Nederlandse Letteren.

Dat was trouwens niet zijn enige prijs. Hier volgt een tamelijk volledige lijst:

1953 – Reina Prinsen Geerligsprijs voor Berchtesgaden
1955 – Poëzieprijs van de gemeente Amsterdam voor Gedicht met een moraal
1956 – Jan Campert-prijs voor Met man en muis en Het huis waarin ik woonde
1958 – Anne Frank-prijs voor Vogels vliegen toch
1959 – Prozaprijs van de gemeente Amsterdam voor De jongen met het mes
1960 – Prijs van de Amsterdamse Kunstraad voor De jongen met het mes
1976 – P.C. Hooft-prijs voor zijn poëtisch oeuvre
1987 – Cestoda-prijs
2011 – Gouden Ganzenveer
2014 – Gouden Schrijfmachine
2015 – Prijs der Nederlandse Letteren
2018 – Akademie van Kunstenpenning van de KNAW

Hij was tot op hoge leeftijd actief. Zijn laatste werk was een poêziebundel, Mijn dood en ik, in 2019.

Remco Campert werd op 28 juli 1929 geboren in ‘s-Gravenhage als zoon van de Nederlandse schrijver Jan Campert (15 augustus 1902 – 12 januari 1943 in een concentratiekamp) en de Nederlandse actrice Wilhelmina Joekie Broedelet (4 oktober 1903 – 3 juli 1996).

Een anekdote, vandaag gebeurd:

In de boekhandel zei ik aan de nieuwe dat Remco Campert was gestorven. Ze hoorde het in Keulen donderen. Wist totaal niet wie Remco Campert was. Ze probeerde haar gezicht te redden door de indruk te geven dat ze er wel al eens van had gehoord, maar dat was niet waar. Ze kende hem totaal niet. Dan vraag ik me toch af wat dat mens daar staat te doen.

Frank Roger verjaart

Door Peter Motte, 555 woorden

Tussen R.E. Raspe met zijn “De avonturen van Baron von Münchhausen” en J.-H. Rosny aîné met zijn “Les navigateurs de l’infini” staan op mijn bibliotheek zowat twintig stukken van een andere schrijver, gaande van Vlaamse Filmpjes tot bundels en experimenteel proza, en zelfs beeldende kunsten, allemaal het werk van een zekere Frank Roger uit Gent.

Vandaag, 30 maart, is zijn verjaardag. Alhoewel het me niet zou verbazen dat ik binnenkort een e-mail van hem krijg waaruit blijkt dat hij op een heel andere dag verjaart.

Ik leerde hem jaren geleden kennen toen ik een lezing door Patrick Bernauw organiseerde aan de universiteit van Gent. Eddy C. Bertin kwam ook, en hij had iets meegebracht. Dat was Frank Roger. Hij was een interessante aanvulling op de aanwezigen tijdens de lezing, want het bezoekersaantal was daardoor gevoelig gestegen. Het voordeel van zo’n klein publiek is dat je daarna in een kroeg allemaal samen kunt verder kletsen.

Frank Roger is niet iemand die bij een eerste ontmoeting veel zegt. Hij wekt zelfs de indruk erg zwijgzaam te zijn. Maar dat is een verkeerde indruk. Hij is wel een schrijver, maar is desondanks in staat om ook een normaal gesprek te voeren. Alhoewel het me niet zou verbazen dat ik binnenkort een e-mail van hem krijg waaruit blijkt dat hij geen normale gesprekken voert.

In sommige kringen staat hij bekend als “de man met de lelijke voorpagina’s”. Waar dat idee vandaan komt, is me niet helemaal duidelijk, maar het zou me niet verbazen dat het hem helemaal niet verontrust. Hij is hoe dan ook iemand die voorpagina’s heeft.

Na die eerste ontmoeting bleven we contact houden, en toen ik het tijdschrift De Tijdlijn begon uit te geven, was hij een van de eersten aan wie ik verhalen vroeg (Stephen King was niet beschikbaar en zowel Isaac Asimov als J.R.R. Tolkien waren al overleden.)

Zijn stroom aan inzendingen werd voortdurend groter. Ze waren moeilijk te klasseren. Er zit in Rogers verhalen een vorm van humor verborgen die moeilijk aan de oppervlakte komt, en sterk reageert op actuele omstandigheden. Ik vraag me af wat hij zou schrijven naar aanleiding van de tweefrontenoorlog in de Oekraïne, die zich zowel in cyberspace als op het slagveld afspeelt, waar het traditionele overwicht van tanks te niet is gedaan door drones en draagbare raketlanceerders.

De publicaties in De Tijdlijn namen toe, tot hij op de duur zelfs twee keer in elke aflevering stond: telkens met een aflevering van “De ware anekdoten van de Lege Zandloper” en met een extra verhaal erbovenop.

Hij verscheen ook in andere tijdschriften, en niet alleen in Vlaanderen en Nederland. De omliggende landen zagen al gauw Frank Roger in het Engels, Frans en Duits verschijnen, maar het breidde zich altijd verder uit. Het leek wel een buitenaards virus. Zelfs exotische talen zoals Chinees en kunsttalen zoals Esperanto waren niet veilig.

Gelukkig verscheen er af en toe ook een bundel, en nadat ik de laatste had gelezen, vond ik zelfs dat ze gebundeld nog sterker tot hun recht komen dan in tijdschriften.

Dat we hem een gelukkige verjaardag wensen, is dan ook niets anders dan een poging om hem zo ver te krijgen dat hij blijft schrijven en publiceren.

30 maart 2022

Site van Frank Roger